Bij een conisatie wordt het topje van de baarmoederhals verwijderd. Dit kan soms onder lokale verdoving, maar wordt vaak onder algemene verdoving gedaan. De patiënt mag het ziekenhuis dezelfde nog verlaten.
Meestal is er na deze kleine ingreep wat vocht- en/of bloedverlies. Dit kan tot 6 weken aanhouden. Enkel bij massief bloedverlies of tekens van infectie moet je vroegtijdig terug naar het ziekenhuis.
Na een conisatie moet de baarmoederhals genezen. Daarom mag je na deze conisatie gedurende één maand geen betrekkingen hebben. Er wordt een controle aangeraden na 6 weken om te zien of de baarmoederhals goed genezen is.
Meestal is er na deze kleine ingreep wat vocht- en/of bloedverlies. Dit kan tot 6 weken aanhouden. Enkel bij massief bloedverlies of tekens van infectie moet je vroegtijdig terug naar het ziekenhuis.
Na een conisatie moet de baarmoederhals genezen. Daarom mag je na deze conisatie gedurende één maand geen betrekkingen hebben. Er wordt een controle aangeraden na 6 weken om te zien of de baarmoederhals goed genezen is.